maandag 28 december 2009

Een dagje buiten de stad !


Howrah Station, het is half 10 in de ochtend. Mr. Khan heeft ons zojuist afgezet en we zijn op zoek naar 'big watch'. Het ontmoetingspunt waar Shelley ons op gaat zoeken. Ze mailde me dat iedereen in het station met een zwart pakkie en een railwaybadge op, weet waar 'big watch' is. Bij de eerste aan wie we het vragen, worden we naar buiten gestuurd. Dit kan niet de bedoeling zijn, we proberen de tweede. Hij wijst in ieder geval naar iets binnenin het station en ja hoor, hoe simpel kunnen sommige dingen toch zijn, even later staan we onder een enorme klok te wachten op Shelley.

Shelley woont in Khamargachhi, op het platteland buiten Calcutta. Ze komt vanmorgen helemaal met de trein naar Calcutta om ons vervolgens weer met de trein mee terug te nemen. Wat een service ! Maar we zijn er blij mee, met deze lokale treinen is het voor een buitenlander lastig reizen. Daarnaast moeten we ook nog overstappen (doordeweeks is er een rechtstreekse trein, maar niet in het weekend). Aan Mehtab hebben we ook 'niks'. Hij is vandaag mee, maar komt voor het eerst van zijn leven (hij is ongeveer 25 jaar) op Howrah Station en gaat voor het eerst van zijn leven met de trein mee. Hij kijkt dan ook zijn ogen uit, net als wij trouwens. Alhoewel we hier vaker geweest zijn, blijven Indiase treinstations een ware lust voor het oog. Een wirwar van mensen, goederen, koffers, dragers, shoppies, verkopers, je verveelt je hier niet snel.

Shelley verschijnt en koopt kaartjes voor ons. Om kwart over 10 vertrekt de trein, een echte boemeltrein, hij zal op elk station stoppen. Dat belooft wat ! Shelley praat ons bij over haar projecten. Af en toe kan ze amper boven de herrie van de trein uitkomen. Alles staat open, de deuren, de ramen (met tralies) en ook de andere mensen proberen met hard praten boven de herrie uit te komen. En dan zijn er nog de verkopers die met veel lawaai de trein binnen komen, chai (thee), wattestokjes, chips, sinaasappels, nootjes, tandenborstels, koeken, hoesjes voor je mobiele telefoon, waterdichte horloges (die worden getoond in een bakje met water :-)), sokken (met een apart teenstuk voor in de slipper), je kan het zo gek niet bedenken of je kan het kopen in de trein. En de verkopers zijn best grappig, ze prijzen hun waar echt heel enthousiast aan, zo enthousiast, dat zelfs wij af en toe begrijpen wat ze zeggen, al verstaan we ze niet. Ook zijn er veel bedelaars in de trein, een blinde man die komt zingen, als ik wat geld uit mijn portemonnee wil pakken, loopt hij door, hij zag het natuurlijk niet. Daarna komt iemand op een soort rolplateautje, hij kan niet lopen. Wat een land, wat een land.

Op het station van Bendal moeten we overstappen, het gaat snel, met een half uurtje boemelen we weer verder door het fraaie Indiase landschap. Uiteindelijk valt het allemaal mee, twee uur nadat we vertrokken in Howrah Station zitten we bij Shelley in huis.

Shelley woont bij haar schoonouders in. Nog niet zo heel lang, maar haar schoonouders worden oud en hebben maar één zoon. Shelley en haar man besloten met hun dochtertje (3 jaar) in te trekken in het 150 jaar oude huis van haar schoonouders. Iedereen loopt in en uit, er komen hier niet zoveel buitenlanders en iedereen is nieuwsgierig.

het 150 jaar oude huis van de schoonfamilie van Shelley

De schoonmoeder van Shelley is aan het koken. Op de grond staat een soort snelkookpan op een kolenvuurtje te pruttelen, zelf zit ze op een laag krukje met om haar heen allemaal schaaltjes en pannetjes. In het raamkozijn staat een tweepitsgasstelletje. Haar smoezelige gele sari kleurt goud in het zonlicht dat door het open raam naar binnen komt.

Niet veel later zitten we aan een heerlijke lunch. Rijst, dahl, bloemkool, aloo, kip, een tomatenchutney, komkommer, rode biet, het was werkelijk erg lekker. Het toetje is een heerlijke zoete yoghurt. Elke keer ben je weer verbaast hoe uit zo'n primitieve keuken de heerlijkste gerechten verschijnen.

Na het eten mogen we 'rusten' in de kamer van Shelley en haar man. Shelley's bijdehandte dochertje van drie jaar vergezelt ons. Ze vertelt over haar kinderen (Mehtab is onze tolk) en dat ze straks (als ze vier jaar oud is) echt niet naar school toe kan, omdat dan haar kinderen (haar poppen) alleen zijn en ze zullen gaan huilen.

'uitrusten' op het bed van Shelley met haar dochtertje

Halverwege de middag lopen we naar het 'tribal dorp'. Het is eigenlijk een dorp binnen een dorp. Het ligt aan de rand van Khamargachhi, het zijn ongeveer 100 huizen. De mensen werken allemaal op het land en zijn erg arm. De huisjes zijn gemaakt van klei en mest. Ze komen hun eigen gemeenschap nauwelijks uit en huwen alleen maar binnenin hun gemeenschap (met alle problemen vandien).

rechts tussen de boven, de 'tribal village' in Khamargachhi

de huisjes van klei in het dorpje

een 'silo' waar ze rijst in bewaren

is het geen snoepie ?

Ze zijn geen 'vreemdelingen' gewend, geen buitenlanders zoals wij, maar ook geen andere mensen van buiten hun gemeenschap. Pas nu Shelley hier haar project heeft opgezet, komen ze wat meer in contact met de buitenwereld.


Shelley komt hier elke dag langs als ze naar het treinstation loopt en besloot eens polshoogte te gaan nemen. Ondertussen is er een schooltje opgericht en krijgen de kinderen naast 'normale' lessen ook culturele les (om het erfgoed niet verloren te laten gaan, ze leren de lokale dansen en muziek). Shelley zou ook graag de moeders een opleiding geven, maar hiervoor zijn er nog geen financiele middelen.

Shelley met een paar van de meiden die straks gaan optreden

Vanmiddag is er een optreden van het 'culturele klasje'. De leerlingen dansen samen met de volwassenen onder begeleiding van trommels.



Twee jongens, die momenteel leren trommelen, mogen een stukje overnemen, ze zijn apetrots. 'Uiteraard' zijn wij de eregasten, krijgen we bloemenslingers om en mogen we vooraan zitten. Wel handig voor het maken van foto's, maar verder hoeft dat voor ons niet zo. Het hele dorp komt erop af. De kinderen zitten op een groot kleed op de grond en de ouderen staan er omheen.


er dook ook nog een luipaard op tussen het publiek,
gelukkig geheel ongevaarlijk


Als het afgelopen is en we weggaan is er een vrouw zichtbaar erg dronken. Shelley vertelt me dat ze hier zelf drank stoken en als ze na een hele dag hard werken op het land terugkomen, drinken ze hun ellende weg.


We lopen met Shelley nog even mee naar haar kantoor. Hier ligt een uitstalling van kaarten en tekeningen die in opdracht geproduceerd kunnen worden. Een aantal jonge meiden, die niet (meer) naar school kunnen vanwege geldgebrek (en belangstelling) van de ouders, leren hier batikken / schilderen en diverse andere methodes die weer verwerkt worden in de kaarten. Ook vertelt Shelley van het grote HIV probleem in India. Er wordt niet over gepraat, het is een groot taboe en de kans om uit je dorp gezet te worden is erg groot. Kinderen die met HIV geboren worden, kunnen of mogen niet naar school. Aan de andere kant zijn de HIV testen en behandelmethodes gratis in India. Veel jongeren die naar Bombay gaan om te werken (maar belanden in de sexindustrie) nemen HIV mee naar huis. Daarnaast is het misbruik van jonge kinderen groot, omdat men denkt dat men van aids geneest als men sex heeft met een jong kind. Een misverstand wat volgens mij ook in Afrika speelt, eigenlijk te gek voor woorden. Het grootste probleem hier is dus het verspreiden van de juiste kennis omtrent HIV en het doorbreken van de taboe. Zolang mensen hun ziekte (of vermoeden ervan) geheim houden, wordt de ziekte alleen maar verder verspreid. Ook hier wil Shelley graag iets mee doen, een programma opzetten om allereerst de kinderen te helpen die HIV hebben en overal buitengesloten worden, maar ook een programma om de taboe te doorbreken en de juiste kennis omtrent HIV te verspreiden. Een moedige 'meid' die Shelley.

Aan het begin van de avond worden we op de trein gezet. Shelley's broer gaat met ons mee, hij moet naar Dankuni en kan ons helpen met de overstap in Bendal. Als de trein komt, schrikken we ons een hoedje. De trein zit boordevol en er hangen al mensen uit de openingen. Zo'n typisch Indiase trein, leuk voor op tv en de foto, maar niet leuk als je zelf nog mee moet. We persen ons naar binnen, even maken we ons zorgen om Shelley's broer, die half uit de trein hangt als deze gaat rijden, maar even later heeft hij zich toch naar binnen weten te wurmen. We staan klem, heel erg klem. We kunnen onze armen niet bewegen, geen idee waar mijn tas ergens hangt, maar we staan zo klem, dat een zakkenroller er ook niet bij kan. Sardientjes in een blikje hebben meer ruimte dan wij nu. Bij het volgende station moeten er weer mensen bij, het kan echt niet, maar ja hoor, het kan nog wel. Het is af en toe best angstig. Je longen worden samengedrukt en je kan geen kant op. Het voordeel is dat je ook niet kunt omvallen en dat het best lekker warm is, want het is al avond en fris buiten. Je moet er toch niet aan denken om zo te staan als het hier 45 graden is !

Bij elk station is het spannend, er moeten altijd mensen uit en weer in, maar de trein stopt maar een paar seconden. Iedereen even uitstappen om iemand eruit te laten is geen optie. Dan komt er een man binnen met een klein meisje. Het arme kind, het enige wat ik van haar zie is een klein handje wat stevig de hand van haar vader vast houdt en de bovenkant van haar mutsje. Erik, Mehtab, ik en haar vader maken een 'vierkantje' om het meisje nog enigszins te beschermen. Je hoort ze niet, alhoewel me dit verschrikkelijk lijkt voor een klein kind. Misschien is ze het gewend, waarschijnlijk is het vertrouwen in haar vader onwrikbaar. Als we bij Bendal eindelijk de trein uitmogen, kijkt het kleine meisje ons lachend aan en zwaait ze naar ons.

De trein naar Calcutta is gelukkig niet zo druk, een hele opluchting, want dat is het langste stuk. We kunnen zitten. Binnen 5 minuten zijn er al 10 chai-verkopers langs geweest, je hoeft ook geen dorst te hebben tijdens een treinreis ! Mehtab wordt nerveus als Shelley's broer eruit gaat. Wij blijven zitten. Howrah Station is het eindstation, de trein gaat daar gewoon niet verder, dus wij maken ons geen zorgen. Mehtab wel, hij vraagt zijn buurman wel 20 keer hoe ver het nog is en wanneer Howrah Station komt. Gelukkig blijft 'buurman' aardig antwoorden, ik zou er geloof ik helemaal gek van worden.

Als we het treinstation uitlopen, willen wij een prepaid taxi regelen. Maar Mehtab vindt dat onzin, je betaalt dan veel te veel, hij regelt wel een metertaxi. We leggen uit waarom we een prepaid willen, maar nee hoor, Mehtab gaat voor ons zorgen. Als we naar buiten lopen, gaat hij eerst aan de politie vragen hoe we uberhaupt naar huis moeten rijden, zodat de taxichauffeur geen extra rondjes kan maken :-) Daarna gaan Erik en ik netjes in de rij staan voor de metertaxi, het is een fikse rij. Mehtab blijft maar en op neer lopen, spreekt taxichauffeurs aan (die ons heus wel voor veel geld in Sudderstreet willen brengen) en beweert dat we in de prepaid-rij staan. Nee, Mehtab, en we wijzen naar het bord dat netjes zegt “Que here for metertaxi”. Eindelijk blijft hij even staan. Maar niet voor lang, de rij gaat hem te langzaam en hij wil een taxi aanhouden die langsrijdt (hij wil dus voor zijn beurt !). We houden hem tegen, netjes je beurt afwachten ! Even later zien we hoe de politie omgaat met mensen die voor hun beurt gaan, er wordt nog net niet met de wapenstok op ingehakt, maar dat scheelt niet veel. Mehtab schrikt hier toch wel even van, maar is even later reuze trots dat er in ieder geval één regel in Calcutta wel wordt gehandhaafd ! Even later zijn ook wij aan de beurt, de rij vordert snel. Uiteraard vertelt hij de taxichauffeur wel even hoe hij moet rijden, die vervolgens dus probeert ons zo snel mogelijk uit zijn taxi te krijgen. Hij zwalkt over de weg, rijdt als een idioot, pfff, wat zijn wij verwend met mr. Khan ! Uiteindelijk komen we zonder onwegen in Sudderstreet aan op de meter, hoera voor Mehtab !

Als we anderhalf uur later in bed liggen, beginnen we beiden weer te rochelen en te hoesten. De schone lucht van het platteland heeft ons goed gedaan, maar nu heeft de smerige lucht van de stad ons weer in zijn greep.

Geen opmerkingen: